Financiële mishandeling van ouderen komt jaarlijks zeker 100.000 keer voor. Waarschijnlijk zelfs (veel) meer, want ouderen zijn vaak beschaamd hun financiële uitbuiting aan te kaarten. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de aanpak van financiële uitbuiting van ouderen, maar veel gemeenten geven niet thuis als lokale allianties bij hen aankloppen.
Donderdag is de Internationale Dag tegen Ouderenmishandeling. Heel snel wordt er dan gedacht aan fysieke en geestelijke mishandeling. “Terecht, want dat is een groot probleem”, vindt Liane den Haan. “Maar helaas hoort financiële uitbuiting daar ook bij. Zeker 100.000 ouderen per jaar krijgen te maken met financiële uitbuiting. Kinderen die boodschappen halen en hun eigen boodschappen ook betalen met de pinpas van hun moeder tot hele vakanties die betaald worden met het spaargeld van een oudere, zijn maar enkele voorbeelden van financiële uitbuiting van kwetsbare ouderen.”
In familiekring
Het aantal ouderen neemt toe en het aantal mantelzorgers neemt af. Financiële uitbuiting binnen de familiekring komt helaas vaker voor dan wij denken. “Maar door het afnemende aantal mantelzorgers neemt de kans dat een oudere gedwongen een afhankelijkheidsrelatie aangaat, ook buiten de familiekring met iemand die hen financieel uitbuit, toe”, legt Liane den Haan uit.
Lokale allianties
“Het is toch te verschrikkelijk voor woorden dat ouderen zowel binnen als buiten de familiekring financieel worden uitgebuit”, zei Liane den Haan tijdens het Vragenuurtje in de Tweede Kamer. “Een succesvolle landelijke aanpak van staatssecretaris Van Rijn tegen financiële uitbuiting is gestopt. En er zijn nu lokale allianties. Professionals zoals zorgmedewerkers, politie, notarissen, bewindvoerders en banken die samen zich zouden moeten gaan inzetten in de aanpak om financiële misbruik van ouderen tegen te gaan. Maar veel lokale allianties kunnen hun hoofd amper boven water kunnen houden. Gemeenten krijgen budget om financiële uitbuiting van ouderen aan te pakken, maar allianties zien daar weinig van terug. En qua ondersteuning is er vaak ook geen inzet vanuit gemeenten.”
Lees verder onder de video
Gebrek aan ondersteuning
In het artikel ‘Zeker 100.000 ouderen per jaar zijn slachtoffer van financiële uitbuiting’ in het AD van 10 juni staat: ‘Bij het ministerie van VWS en bij gemeenten is bekend dat het probleem (van financiële ouderenmishandeling) de komende jaren alleen maar zal toenemen. Maar van ondersteuning van allianties is nauwelijks sprake. Na een vliegende start in 2015 is het netwerk nu dan ook aan het afbrokkelen. Oorzaak: gebrek aan ondersteuning. Het ministerie heeft die verantwoordelijkheid neergelegd bij de gemeenten, die hier via de WMO budget voor krijgen. Maar dat blijkt in de praktijk enorm tegen te vallen: lokale allianties krijgen vaak te horen dat er ‘geen budget is’ voor hun activiteiten.’
Vragen in de Tweede Kamer
Liane den Haan stelde in de Tweede Kamer vragen aan staatssecretaris Maarten van Ooijen van VWS:
– Hoe kan het dat veel gemeenten de urgentie niet lijken te zien van het aanpakken van financiële misbruik van ouderen? In de brief van de staatssecretaris over huiselijk geweld staat dat er nog maar 14 gemeenten zich hebben gemeld voor ondersteuning vanuit de expertpool. Hoe kan dat?
– Wat gaat de staatssecretaris doen om gemeenten die urgentie te laten voelen? En om alle gemeenten actief aan de gang te laten gaan met het tegengaan van financieel misbruik van ouderen.
– Hoe gaat de staatssecretaris ervoor zorgen dat ouderen zelf goed op de hoogte zijn van wat ze kunnen doen als ze slachtoffer zijn, maar ook wat ze kunnen doen om het te voorkomen? De informatieboxen die ouderen informeren over financieel misbruik worden wel besteld door organisaties maar bereiken die wel de mensen die het echt nodig hebben?
– Worden de lokale allianties die er wel zijn gemonitord? Wordt überhaupt gemonitord of gemeenten een aanpak hebben tegen de financieel misbruik van ouderen? De staatssecretaris heeft toch een regierol hierin?
– Waarom worden er geen cijfers geregistreerd door de lokale allianties die er zijn? Dit zou je toch landelijk willen monitoren.
– Lokale allianties zijn dus heel afhankelijk van wie er zit, en of iemand zin heeft om de coördinerende rol op te pakken of dat een gemeente welwillend is om budget toe te kennen. Als niemand het oppakt, wat moet er dan gebeuren volgens de staatssecretaris?
– En ik heb eerder gevraagd naar wat de inzet van vrijwilligers van bijvoorbeeld welzijnsorganisaties voor lokale allianties zou kunnen betekenen. Wat is daar de stand van zaken van?
“De welzijnsorganisaties zijn een ontzettend belangrijk onderdeel van de zorg in Nederland. Zij zijn al onderdeel van deze aanpak. De overheid helpt met instrumenten om deze rol goed in te vullen”, antwoordde de staatssecretaris.
Landelijke regie nodig
“In het regiobeeld geven de meeste regio’s aan dat ze een aanpak hebben met betrekking tot ouderenmishandeling. Maar een aanpak op de plank hebben liggen is nog geen actie”, vervolgde Liane den Haan. “Er is dus zowel landelijk, regionaal als lokaal geen regie, te weinig inzet en geen monitoring. En ik snap dat de uitvoering het liefst lokaal moet gebeuren, dichtbij de mensen. Maar ik zou graag landelijke regie en kaders willen van de staatssecretaris. En jaarlijks een overzicht van activiteiten en cijfers. Want nu laten we ouderen, die zich toch al vaak schamen dat het hen overkomt vaak omdat ze afhankelijk zijn van de mensen die hen financieel misbruiken, aan hun lot over.”