Nederland telt 344 gemeenten. Daaronder drie bijzondere: de eilanden Bonaire, Sint-Eustatius en Saba. Een delegatie van de Nederlandse Eerste en Tweede Kamer bezocht de gemeenten Sint-Eustatius en Saba om te zien welke kansen en uitdagingen zij hebben.
Tweemaal per jaar komen de parlementen die behoren tot het Koninkrijk der Nederlanden – van vier landen: Nederland, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten – bij elkaar voor een gezamenlijk overleg. Van 4 tot en met 6 mei ontmoetten delegaties van de Staten van Aruba, de Staten van Curaçao, de Staten van Sint-Maarten en van de beide Kamers der Staten-Generaal van Nederland – de Eerste en Tweede Kamer – elkaar op Sint-Maarten voor het Interparlementair Koninkrijksoverleg (IPKO). Drie dagen lang werd er van ’s morgens vroeg tot laat in de middag overleg gepleegd en vonden er werkbezoeken plaats.
Parlementaire delegatie
Voorafgaand aan het IPKO bracht op 2 en 3 mei een parlementaire delegatie uit Nederland een bezoek aan de bijzondere overzeese gemeenten Saba en Sint-Eustatius. De delegatie bestond uit zes Tweede Kamerleden – onder wie Liane den Haan – en vijf Eerste Kamerleden. Op Saba werd de delegatie ingelicht over de inzet van hernieuwbare energie op het eiland. Energiebedrijf SEC (Saba Electric Company) vertelde de parlementsleden dat het streven is om tegen 2025 zestig procent hernieuwbare energie te gebruiken, met als uiteindelijke doel honderd procent. Op dit moment wordt op Saba dertig tot veertig procent van de elektriciteit duurzaam opgewekt via zonne-energie. In de toekomst moet ook windenergie bijdragen aan het duurzaamheidsdoel.
Nieuwe haven
De Nederlandse delegatie wisselde met gezaghebber Johnson, met het bestuurscollege en de eilandsecretaris van gedachten over de uitdagingen waar Saba voor staat, onder meer op het gebied van de gezondheidszorg, de financieringsbehoefte en de economische ontwikkeling. Een belangrijk project waar nu aan gewerkt wordt is de bouw van een nieuwe, tweede haven: Black Rocks Harbour. Het streven is om de oude haven Fort Bay uiteindelijk uitsluitend nog te gebruiken voor goederenvervoer. Al het andere verkeer moet via Black Rocks Harbour gaan verlopen. De delegatie bezocht de locatie van de nieuwe haven.
Bladgroenten kweken op water
De Nederlandse Kamerleden bezochten op Saba ook de locatie van het nieuwe Marine Research Station, waar de Saba Conservation Foundation samenwerkt met onder andere Hogeschool Van Hall Larenstein in Leeuwarden en Rutgers University in de Amerikaanse staat New Jersey. Tot slot bracht de delegatie een bezoek aan de showroom van het hydroponics teeltbedrijf op het eiland. Hydroponics is een vorm van hydrocultuur, een methode om bladgroenten te kweken zonder grond of substraat, door minerale voedingsstoffen op te lossen in water. Het vergt minder ruimte dan vollegrondsteelt en is waterefficiënt. Het doel van dit teeltbedrijf is om uiteindelijk te kunnen voorzien in een groot deel van behoefte aan verse groenten op het eiland, waarmee de kosten aanzienlijk kunnen worden beperkt omdat de groenten niet meer ingevoerd hoeven te worden.
Sint-Eustatius
Op Sint-Eustatius wisselden de Nederlanders met leden van de Eilandsraad van gedachten over de terugkeer naar democratie op het eiland, over de toegang tot diensten als banken en notarissen, goede gezondheidszorg, de kosten van levensonderhoud, het sociaal minimum en over connectiviteit en de rol van luchtvaartmaatschappij WinAir.
Olieterminal
De delegatie bracht een bezoek aan olieterminal GTI op Sint-Eustatius. GTI is één van de grootste werkgevers van het eiland, met 117 directe werknemers aangevuld met contractanten. GTI tracht zoveel mogelijk lokale mensen in dienst te nemen, maar ook de contractanten leveren door hun verblijf in hotels en gebruikmaking van diensten op het eiland een extra impuls aan de lokale economie.
Cultureel erfgoed
Het werkbezoek aan Sint-Eustatius werd afgesloten met een tour in het kader van het cultureel erfgoed van het eiland. Onder begeleiding van een gids van het St. Eustatius Center for Archaeological Research (SECAR) bezochten de Kamerleden het historische centrum van Oranjestad, het museum en de recente opgravingen bij het vliegveld. De delegatie kreeg zo een beter beeld van de geschiedenis van het eiland en hoe die historie nog steeds doorwerkt in het heden.
Passie en ambitie
“Het driedaagse overleg met de Staten van Aruba, Curaçao en Sint-Maarten was constructief en inspirerend”, vertelt Liane na afloop. “Het IPKO stond onder voortreffelijk voorzitterschap van collega Mariëlle Paul en senator Paul Rösenmoller. Op Saba en Sint-Eustatius hebben we gesproken over de kansen en uitdagingen die er zijn, en hoe we samen kunnen werken aan een mooie en duurzame toekomst. We hoorden en zagen met eigen ogen hoeveel er al is bereikt en hoe groot de passie en ambitie van de inwoners is. Het was naast een overvol ook een zeer interessant en nuttig werkbezoek; alle informatie die we opdeden nemen we mee in ons werk als parlementariër.”